NAPOLEON gaat naar SINT -  HELENA



 Inleiding    Voorbereiding    Bronnen      

ZATERDAG 23 sept. (zondag)
Vaarweek 7

Gourgaud:
Om elf uur ’s ochtends passeren we de evenaar; vlakbij de 0º lengte, op hetzelfde moment als de zon.
Om negen uur begonnen de matrozen met de ceremonie; we verwachtten goed nat te worden, maar we werden beschermd. Een matroos kwam binnenboord, namens Neptunus, vroeg aan de admiraal, die tussen het volk stond, waar generaal Bonaparte was. De admiraal antwoordde dat de generaal de evenaar al eens gepasseerd was (niet juist! rkv); de mannen van de equipage kwamen op een kar met muziek aan; de een verkleed als Neptunus, de ander als Amphitrite; het is een ware vertoning.
Ieder, die de linie nog nooit gepasseerd had, meldde zich de een na de ander. Ik volg generaal Bertrand, ik geef een napolén en krijg geen water over me heen.
Zijne Majesteit laat me komen om te vernemen wat er gebeurt en geeft me opdracht namens hem 100 napoléons aan Neptunus te geven. Ik ga overleggen met Bertrand, deze vindt dat het teveel is; hij aarzelt om het te doen, ondertussen vragen wij het aan de admiraal; die antwoordt dat als Neptunus vijf napoléons krijgt, dat heel was zou zijn. Uiteindelijk krijgt Neptunus niets door het getreuzel van Bertrand. 24,4ºC


Louis Garrot:
‘Vlak voor de middag zijn we de evenaar gepasseerd. Opvallende coïncidentie: vandaag zijn we de 0-breedte en de 0-lengte overgetrokken!(Glover)’.

Opmerking van de schrijver (LG) hierbij:

Enkele regels hiervoor merkt de auteur (Glover) op dat de lengte op die dag om 12 uur 03°36’ OL was. Het is dus duidelijk dat de 0-lengte, waarover hij praat, correspondeert met de notatie zoals alle zeelieden die vroeger gebruikten en die de oorspronkelijke 0-meridiaan bij het eiland Fer, Canarische Eilanden, legden. Dit was het meest oostelijke punt van de bekende wereld.

 

Aubry:
Op 23 september, de datum van de even lange dag als nacht, passeert de Northumberland om 12 uur ’s middags de 0-graden lengte en de 0-graden breedte. Een heel bijzonder toeval. Op deze middag nemen de Fransen deel aan de traditionele equatordoop. Twee matrozen, die Neptunus en Amphirite voorstellen, zitten op een ton aan de voet van de grote mast omgeven door muzikanten en jongens in ondergoed, die zich als wilden getatoeerd en beschilderd hebben. Twee Herculessen, de een met een scheermes bewapend, de ander met een vat vol teer, scheren iedereen, die nog nooit de evenaar is gepasseerd. Daarna worden de ongelukkigen in een met water gevuld bad kopje onder geduwd. In ieder geval de scheepsjongen en de soldaten van het 53e moeten hier aan geloven. Weglopers achtervolgt men over het gehele schip, vanuit de hoogte worden volle kuipen water op hen gegooid, zodat ze zich uitschudden als natte poedels. De officieren kopen zich vrij en worden maar een beetje nat gemaakt (1).

Aantekening:
1. Kapitein Ross kreeg een emmer water vol in zijn gezicht gegooid. Hij vatte het sportief op.

Met uitzondering van de dames, die op een veilige afstand staan en zich kostelijk amuseren, worden ook de Fransen aan deze tradities onderworpen. De kinderen van de Bertrands en de Montholons offeren elk een goudstuk. Enkele matrozen  roepen zelfs om generaal Buonaparte. Cockburn zegt hen lachend dat “hij de evenaar al is gepasseerd.” De keizer blijft in zijn hut. Aan Gourgaud, die hem de vertoning beschrijft, wil hij honderd napoleons voor de manschappen geven. De zuinige Bertrand vindt dat overdreven. Dat vindt Cockburn ook. Hij wil niet dat de keizer op het schip zo geliefd wordt en wil slechts een geschenk van vijf goudstukken toelaten, want zo zegt hij: “de hoogste officieren geven niet meer dan een guinee.” Napoleon voelt zich kennelijk beledigd en geeft helemaal niets.