Ook werd overgegaan tot het opmaken van een lijst der koetsen en rijtuigen van particulieren,
welke voor den dienst van de Keizer beschikbaar waren, terwijl de onder-prefekt eenige
huizen aanwees alwaar de Vorsten en Ministers in het gevolg van Z.M. zouden logeren,
bovendien moesten nog vijftig andere woningen beschikbaar worden gesteld, waarin
het overige gevolg hun intrek kon nemen.
Een groote drukte tot het maken der noodige schikkingen ging wel dit bezoek vooraf,
waarbij echter de onder-prefekt de lakens uitdeelde. In zijn overdreven dienstijver
liet hij het Gemeente-Bestuur weten dat de wapens van den Koning van Holland, welke
zich op de stadspoorten bevonden, behoorden vervangen te worden door die van Z.M.
den Keizer en Koning. Toen den onder-prefekt hierop werd medegedeeld dat zich op
de stadspoorten alleen de wapens der stad, in steen uitgehouwen, bevonden en het
niet mogelijk was uithoofde van den korte tijd door die van Z.M. den Keizer te doen
vervangen, zal hij wellicht gehuiverd hebben bij de gedachte deze dwaling te hebben
begaan. Maar dwalen is immers menschelijk!
Voorts verzocht de onderprefekt om bij de komst van H.H. M.M. in de Abdij, alwaar
zij hun intrek zouden nemen, door kinderen van 8 à 10 jaar bloemen te doen uitstrooien
en voor eenige ververschingen zorg te dragen.
Voor de bloemenbestrooiing werden de kinderen der patricische familien uitgenoodigd
en op de ververschingen de noodige orders gesteld.